Het respect voor het leven nog verder ondermijnen?

  • This post is also available in: Français
  • This post is also available in: English

De actualiteit rond abortus en euthanasie in België.

De Belgische Artsenvereniging Sint-Lucas betreurt de tendenzen in onze samenleving die het respect voor het menselijke leven verder lijken te ondermijnen. Zij wijst op de maatschappelijke discussies rond de depenalisering van abortus provocatus en de dreigende aantasting van het recht van zorginstellingen om binnen hun muren euthanasie uit te sluiten.

De mensheid in het algemeen en iedere actor in de samenleving is geroepen het leven te ontvangen als een geschenk, een kostbaar geschenk dat in redelijkheid slechts op een transcendente Gever van het leven is terug te voeren. Als dit geldt voor elk leven op aarde, hoeveel te meer geldt dat voor het menselijke leven, dat over de unieke eigenschap beschikt om door de geest toegang te hebben tot de transcendentie, tot het domein van het goddelijke, tot de God die zichzelf geopenbaard heeft in Christus. Elke mens, vanaf het prilste begin tot aan het einde van zijn dagen, is geroepen al tijdens zijn leven en over de grens van de natuurlijke dood, in die realiteit binnen te gaan en de zin van zijn bestaan eraan te ontlenen.

Alleen een cultuur die leeft alsof God niet bestaat, kan zich veroorloven zich tot albeheerser te maken van het leven, ook dat van de mens. Dat gaat echter ten koste van het respect voor het leven en houdt geen rekening met de ‘bovennatuurlijke’ dimensie van het menselijke bestaan. Daardoor begaat die cultuur een fatale vergissing die gevolgen heeft, niet alleen voor de cultuur zelf, maar ook voor de mens in termen van zijn eeuwige bestemming. Er bestaan geen goede redenen om de reductie van het menselijk bestaan tot een louter biologisch wezen te rechtvaardigen en onze zorg te beperken tot het psychosomatische. Te zeer is de mensheid gekenmerkt door zijn verlangen naar en de ondervinding van het bestaan van een hogere werkelijkheid. Laten we dan de mens, in elke fase van zijn bestaan, ook als een icoon van het hogere, van de Allerhoogste, beschouwen en in onze ethische afweging met Hem rekening houden die zegt: ‘Gij zult niet doden’.

Ook de medicus is niet geroepen om de mens anders te dienen dan met respect voor zijn lichamelijke én geestelijke leven. De arts is er om het leven van zijn patiënt, van de gehele persoon, te dienen, en niet om het om welke reden dan ook te beëindigen. Hij heeft niet alleen het belang van de aanstaande moeder voor ogen, maar ook dat van het ongeboren kind. Hij heeft de zorg voor zijn patiënt, curatief en palliatief, maar nooit het recht om met de pijn ook de patiënt willens en wetens te elimineren.

Ook zorginstellingen, zeker de christelijke, hebben de plicht de beste zorgen voor hun patiënten en residenten te waarborgen en dat sluit per definitie hun eliminatie uit. Men zorgt niet voor iemand door hem of haar te doden. Pijnverlichting mag nooit een verkorting van het leven als doel hebben, maar hoogstens dit als ongewenst en onbewerkt gevolg aanvaarden.

Het is dus ongepast om van woon-zorgcentra te eisen dat zij euthanasie zouden toelaten. In een pluralistische samenleving dient er plaats te zijn voor zorginstellingen waar de patiënt of resident zeker is dat zijn of haar leven nooit opzettelijk beëindigd zal worden. Tast men die vrije ruimte aan, dan betekent dat een aantasting van de godsdienstvrijheid in ons land, en een dictatoriale impositie – zelfs als hiertoe langs democratische weg besloten wordt – van een seculier, louter materialistisch wereld- en mensbeeld.

De Belgische Artsenvereniging St.-Lucas verwerpt dat wereldbeeld, maar stelt zich werkers voor in de gezondheidszorg die het leven slechts wensen te dienen.

Vincent Kemme
Hoofdredacteur
Acta Medica Catholica
en www.cathmed.be
info@cathmed.be